AFLEUKEN

maart 21, 2006

putzmeister.jpg

Een groot probleem van deze tijd vormt het dwangmatig opleuken der dingen. Allesreiniger met aardbeiengeur, u weet wat ik bedoel.

Als ik aardbeien wil neem ik aardbeien, als ik zin heb in allesreiniger neem ik allesreiniger, dat zijn twee geheel verschillende dingen. Breng die – SVP! – niet met elkaar in verband. Ik heb er al vaker op gewezen, en ik blijf het doen. Laat dat dan mijn kleine missie in het leven maar zijn.
Let wel, ik ben vóór leuk. Sterker: hoe meer leuk hoe beter. Een dikke DVD-box van The Fast Show, Little England of het volledige werk van Jaques Tati, ik kijk hem op een zondagmiddag in 1 ruk uit. En maar lachen. Heerlijk! Maar dan. Dan zet je om acht uur het Journaal aan voor het nieuws. En dan krijg je Peer Ulijn. Die nieuwsberichten met een Tati-smaakje maakt. Opgeleukt nieuws. Brrrr.

Het zit ‘m niet in ‘leuk’, het probleem is dat ‘op’.
Leuk verhoudt zich tot opgeleukt als verse frieten tot opgewarmde.(Niet doen.)
Er dreigt overigens een misverstand omtrent het woord ‘opleuken’. Het zou de Nederlandse vertaling zijn voor het Engelse neologisme to pimp. Volkskrant-columniste Sylvia Witteman, die op zich altijd gelijk heeft, schreef het afgelopen zaterdag nog, al riep zij de lezers ook op een beter synoniem te verzinnen.
Maar dat bestaat al lang. ‘Opleuken’, eind jaren tachtig ontstaan op een Amsterdams reclamebureau, is een variant op het in de tweedehands autohandel al langer bekende ‘opluuxen’. Een onooglijke occasion wordt met een paar blikvangende extra’s aantrekkelijker gemaakt. Sportvelgen, spoilertje, chromen mistlampen, dikke uitlaat, dat soort dingen. In Amerika zijn het vooral zwarten die een voorkeur voor blitse opsmuk aan de dag leggen, en de kaste die daar vanouds het verst in ging zijn de pimps, de souteneurs, voor wie de wansmaak geen grenzen kent. Zo ontstond het werkwoord to pimp, een vergaande vorm van opluuxerij, en dat is ook precies wat er gebeurt in een tv-serie als Pimp My Ride: aftands brikje wordt radicaal opgeluuxt. De eigenaar vindt dit doorgaans leuk, zodat opluuxen wel vaak néérkomt op opleuken, maar daarmee zijn ze nog niet synoniem. De elektrische stoel kun je bijvoorbeeld wel opluuxen, maar niet opleuken.

Afgelopen zondag opende de Telegraaf met foto’s van de voorjaarscollectie van Sheila De Vries. Volgens het bijschrijft bevat die onder andere ‘klassieke mantelpakjes in zwart of wit, opgepimpt met een schootje.’ Óf hier was een zetfout in het spel, en men bedoelde opgepompte mantelpakjes, of een denkfout, en men bedoelde opgeluuxte dan wel gepimpte mantelpakjes. Oppimpen kan niet. Bij pimpen wordt de grens van het onmogelijke vaak al bereikt, oppimpen zou er ruimschoots overheen schieten. Tijdens een experiment in de Mojave-woestijn hebben Amerikaanse onderzoekers geprobeerd iets dat gepimpt was een tweede keer te pimpen. De agenten Mulder en Scully zijn nóg aan het uitzoeken wat daar toen gebeurde. Satellietbeelden van de lokatie zien er niet best uit.

Misschien moet het Journaal Peer Ulijn er eens op afsturen.
En dan, als hij te lang wegblijft, Marga van Praag. Om het af te leren.

Plaats een reactie